… hoor ik mantelzorgers wel eens zeggen. Partners die samenwonen met hun echtgenoot met dementie. Kinderen die zich bekommeren over hun vader of moeder die alleen woont. De verzorging wordt zwaar, de zorgen nemen toe. Grenzen worden verlegd. De achteruitgang is een feit, maar de mantelzorger houdt zich staande. Uit liefde. Uit respect. En uit plicht. Plicht om deze fase samen te doorlopen waarin je álles wilt geven. Want dementie heb je “samen”.

Trein.

Omgaan met dementie is niet gemakkelijk. Dementie wandelt je leven binnen en vanaf dat moment stap je samen op de trein die maar voort dendert. Soms stopt hij op een station en is er tijd om uit stappen en te wennen aan de fase waarin je samen belandt. Maar af en toe rijdt de trein een gewoon station voorbij en is er geen tijd om op adem te komen. Samen onderga je het ziekteproces zoals het komt. Schouders er onder en…door.

Gevoel.

Gelukkig is er altijd nog de liefde. En het gevoel. Want mensen met dementie verliezen dan wel steeds meer hun denkfunctie, hun gevoelsfunctie blijft heel lang scherp. Liefde, aandacht en geduld worden goed ontvangen. Humor kan ook zorgen voor een beetje lucht. Samen lachen, samen genieten. Het kan. Even samen weer je goed voelen en warmte ervaren. Want iemand met dementie doet niets expres. En dat maakt het soms ook zo ingewikkeld. De mantelzorgers én de persoon met dementie doen zo hun best. Maar wel ieder in een eigen wereld.

 

Hoge lat.

Neem nu Piet. Piet woonde samen met zijn Trees. Ruim 40 jaar geleden deden zij de gelofte: “In voor- en tegenspoed”. Maar Piet heeft de ziekte van Alzheimer een ging steeds verder achteruit. Hij wilde zó graag de man zijn die hij altijd was. Gezond, sterk, zorgzaam en sportief. Piet geloofde dat hij nog prima functioneerde, al wist hij wel dat hij ziek is. Thuis ging het steeds moeizamer. Piet wilde weg, weg, weg. Op pad. Auto rijden, fietsen. Claimde zijn Trees steeds meer. En Trees deed alles voor Piet. Want anders werd hij onrustig en opstandig. De lat lag hoog. Piet wist zich steeds minder te oriënteren en stond bijvoorbeeld midden in de nacht onder de douche. Trees was dag en nacht met hem bezig. De dagopvang gaf lucht. Piet wende aan deze weekstructuur en Trees wende aan het feit dat Piet elders in goede handen was.

Vechten.

Maar Piet verloor zich zelf steeds meer. Hij was ook zo moe. Maar bleef “vechten” voor zijn eigen regie. En Trees? Trees kon niet meer. Het werd tijd voor opname. Opname in een verpleegtehuis, waar de verzorging en begeleiding over kon worden genomen. Piet heeft gevochten als een leeuw. Hij wilde niet. Hij zag niet in waarom thuis wonen niet meer lukte. Uiteindelijk was dit een hele moeilijke fase waarin Piet en zijn gezin in belandde. De beslissing viel de familie zwaar. Maar, zoals zij zeiden: “Het ging niet meer”.

Thuis

Nu woont Piet al weer een poosje in het verpleeghuis. En wat er daar gebeurde was heel bijzonder: Piet voelde zich vanaf de eerste dag “thuis”. Hij kwam terecht in een warm nest waar hij niet meer het gevoel had om te moeten vechten voor zijn eigen regie en eigen waarde. Piet woont nu op een plek waar hij zich heeft overgegeven en kan zijn wie hij is. Niet meer op de tenen lopen. De lat ligt nu niet meer te hoog, maar ligt nu precies op de goede plek waar Piet zich goed bij voelt. Ja, Piet is opgenomen in een verpleeghuis. Opnemen betekent “een deel van het geheel laten worden”. De verzorgers en begeleiders zijn daar goed in geslaagd. De nieuwe woonomgeving past bij Piet. Piet voelt zich thuis.

 

Wilt u nu ook meer Brein inzicht? Neem contact met mij op voor een pakkende training of voorlichting. Ook voor families. Samen maken we dementie begrijpelijker.

Hartelijke groet, Heidi Nusselder;  trainer – voorlichter – coach.